Het jonge kind als expertise

Met het Landelijk Expertisecentrum Jonge Kind (LEJK) slaan onderwijs en onderzoek de handen ineen. Opleidingen, praktijk en wetenschap werken er samen om de ontwikkeling van kinderen in de leeftijd tot 8 jaar te versterken. Binnenkort gaat het nieuwe expertisecentrum officieel van start. ‘Ons doel is stimuleren van goed onderwijs aan jonge kinderen op basisscholen.’

Up-to-date kennis over onderwijs

Bij het startsymposium zit het werk van kwartiermaker Arie Vonk er op. De afgelopen vier maanden bereidde hij de oprichting van het landelijk expertisecentrum voor. Wat gaat het LEJK precies doen? ‘We hebben een tweeledige doelstelling,’ zegt Arie Vonk. ‘We willen een vindplaats zijn voor up-to-date kennis over onderwijs aan het jonge kind en we willen nieuwe informatie verzamelen door middel van onderzoek.’ Het LEJK werkt daarvoor nauw samen met het werkveld, met de opleidingen – zowel de pabo’s als de post-hbo opleidingen -, en met onderzoekers en lectoren.

Gedragen door de praktijk

Bij onderzoek is de praktijk van het onderwijs nadrukkelijk het uitgangspunt. Arie Vonk: ‘We kiezen voor een bottom-up benadering. Thema’s voor onderzoek moeten voortkomen uit de praktijk.’ De drie betrokken lectoren zijn als supervisor bij het onderzoek betrokken en denken mee over vorm en inhoud. ‘We werken vanuit een gevoel van gelijkwaardigheid,’ legt Arie Vonk uit. Inspiratiebron voor de werkwijze van het expertisecentrum is het rapport ‘Slimme verbindingen’ uit 2019: ‘Aan de hand daarvan zijn we gaan nadenken over onderzoek dat gedragen wordt door de praktijk.’

Focus houden

Op wie richt het nieuwe expertisecentrum zich nu precies? In eerste instantie op de geschoolde hbo-professionals die zich bezighouden met het jonge kind binnen het primair onderwijs: ‘Uiteindelijk willen we natuurlijk wel bij de leerkrachten terechtkomen,’ stelt Arie Vonk. Focus houden is voor het nieuwe expertisecentrum van groot belang. ‘Het jonge kind heeft voor ons betrekking op de groepen 1,2,3 en deels groep 4. Met de voorschoolse educatie houden we ons nu nog niet bezig. Al zijn we wel in gesprek met het Expertisecentrum Kinderopvang.’

Vanuit de opleidingen

Het nieuwe expertisecentrum komt deels voort uit politieke besluitvorming. In het regeerakkoord uit 2017 werd onder het kopje ‘een sterke docent’ aangegeven dat er specialisaties zouden komen gericht op het jonge en het oude kind: ‘Het beroep van onderwijzer wordt hierdoor aantrekkelijker, zowel voor mannen als voor vrouwen.’ Mannen zouden over het algemeen minder graag met jonge kinderen willen werken. Maar of dat een reden is voor specialisatie? ‘De aanleiding voor het inrichten van het expertisecentrum is toch meer een beweging vanuit het werkveld en de opleidingen zelf,’ legt Arie Vonk uit.

Verbindende impuls

‘Het appel van de politiek is wel duidelijk,’ voegt hij daaraan toe. ‘Het zorgt voor een verbindende impuls. We moeten toe naar een landelijke en gecoördineerde aanpak.’ Inmiddels lopen op zes verschillende lerarenopleidingen pilots voor verdergaande specialisaties rond het jonge kind. Daarnaast zijn er ook twee pilots voor het oudere kind van start gegaan. Het landelijk expertisecentrum is de plek waar de opleidingen elkaar treffen om gegevens uit te wisselen over de voortgang van de pilots. ‘Het breed gedeelde gevoel is dat het jonge kind als expertise is neergezet,’ stelt Arie Vonk. ‘Daarmee geven we vorm aan een gewenste specialisatie, zonder de brede bevoegdheid tekort te doen.’

Hoe verder?

Na het startsymposium gaat het expertisecentrum meteen aan de slag. Een open houding is daarbij van groot belang: ‘Eerst kijken wat er leeft en wat er speelt. Daarna gaan we thema’s selecteren en in kleine onderzoeksgroepen uitwerken. Mede dankzij de subsidie van het ministerie van OCW kan een mooie impuls aan het onderzoek worden gegeven. We hopen deelnemers uit de praktijk hiervoor deels vrij te kunnen stellen.’ Onderzoeken binnen een regionale context worden later samengebracht om generieke uitspraken te kunnen doen. ‘We willen de goede dingen op een vergelijkbare manier onderzoeken.’

Specialiseren lijkt hoe dan ook in het belang van het primair onderwijs: ‘Specialisatie in jonge kind en oude kind voorziet in een reeds bestaande behoefte.’ De komende tijd gaat het nieuwe expertisecentrum daar voor het jonge kind verder invulling aan geven.

Landelijk Expertisecentrum Jonge Kind (LEJK)
Symposium LEJK
Slimme verbindingen: naar een sterke kennisinfrastructuur voor het onderwijs

Startsymposium

Binnenkort vindt het startsymposium plaats (de oorspronkelijke datum 22 april bleek wegens grote belangstelling niet haalbaar: nadere informatie op de website van LEJK). Op het programma bijdragen van Anita Derks, directeur, Barbara de Kort, voorzitter algemeen bestuur en voorzitter Landelijk Overleg Lerarenopleidingen Basisonderwijs LOBO, Helma Brouwers, auteur Handboek voor het Jonge Kind, en van de drie betrokken onderzoekers: Annerieke Boland (Hogeschool Ipabo), Cathy van Tuijl (docent-onderzoeker Universiteit Utrecht, lector Gedrags- en Leerproblemen Hogeschool Saxion) en Ineke Oenema-Mostert (lector NHL Stenden Hogeschool).

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s